Want, ik kan ze nog ruiken
De bundels met huiden
Een stank die je de eetlust ontnam
Rotterdam
De wereld van toen
Je kratten vol citrus
Een vleug uit ’t zuiden
Wanneer weer zo’n hijs overkwam
Rotterdam
Cacao, katoen
Je kade wat morsig, je water wat donker
Je mensen wat stug en wat koeler
Maar ondanks dat koele, dat stugge
Je voelde de kwetsbaarheid achter dat smoele
Rotterdam
Nog altijd dynamisch
Maar steeds meer mechanisch
Een druk op de knop (??)
Rotterdam
De wereld van nu
Je stalen balonnen
Vol giftige bronnen
Men graaft met een eeuwige vorm
Rotterdam
En steeds continu
Je vlammende pijpen, je buizen vol zuur
De stank en de kwijl van chemie
Hoeveel megatonnen zijn hier al ontgonnen
Tot meerdere glorie van wie
Rotterdam
Je stinkt uit je adem en niks meer wil bloeien
Het gif likt aan wortel en stam
Rotterdam
Een wereld op drift
Gepokt en gemazeld
Maar steeds meer verkaveld
Je grond is verzuurd, voelt klam
Rotterdam
Verscheurd, geschift
Steeds dieper je havens
Steeds wijder je bekken
Je paart met een mammoet
Die dokt bij z’n schat
Hoe kan ik vergeten
Want ik blijf aan je denken
Rotterdam
Moorddadige stad