Kermis, kermis
Kermis, kermis
Poffertjeskraam, de Kop-van-Jut en botsautootjes-rijden
En jongens met een rubber bal die gooiden naar de meiden
En in de rupsbaan, wat een pret, dat waren nog eens tijden
Kermis, kermis
Zak patat een noga-blok, kaneelstok, zure bommen
En dan die steile-wand-motoren, ’k weet nog hoe ze glommen
En vocht er niemand met de beer, dan had de beer gewonnen
Kermis, kermis
Als je dan je zakgeld had gekregen en vlug had uitgegeven
Op de kermis, liep je toch nog langs die kermistenten
Al had je dan geen centen, je ging niet naar huis
En in de achtbaan lekker met z’n allen zitten schreeuwen
Kreeg je een suikerspin, dan bleef ’ie aan je wangen kleven
Een zigeunerin voorspelde jou toen heel je leven
Kermis, kermis
Als je dan je zakgeld had gekregen en vlug had uitgegeven
Op de kermis, liep je toch nog langs die kermistenten
Al had je dan geen centen, je ging niet naar huis
Poffertjeskraam, de Kop-van-Jut en botsautootjes-rijden
En jongens met een rubber bal die gooiden naar de meiden
En in de rupsbaan, wat een pret, dat waren nog eens tijden
Kermis, kermis
Kermis, kermis
Kermis, kermis
Kermis, kermis